SA legal team

Toen op 7 oktober Hamas-terroristen vanuit Gaza infiltreerden en overgingen tot het afslachten, martelen, verkrachten, verminken en ontvoeren van duizenden Israëliërs, beschreef president Isaac Herzog dit terecht als de donkerste dag voor het Joodse volk sinds de Holocaust. De aanval van Hamas was zeker niet van dezelfde omvang als de massale uitroeiing door de nazi’s van meer dan zes miljoen Joden, maar toch hebben een aantal overlevenden van de Holocaust zelf ons verteld dat wat er die dag gebeurde eigenlijk erger was dan wat zij onder de nazi’s leden in termen van wreedheid, boosaardigheid en perverse vrolijkheid getoond door de daders.

Dit is de reden waarom de juridische stunt van de Zuid-Afrikaanse ANC-regering om Israël deze week voor het Internationaal Gerechtshof te slepen op beschuldiging van genocide zo verdraaid en verfoeilijk is.

De huidige hoorzittingen bij het Internationaal Gerechtshof in Den Haag zijn een duidelijk voorbeeld van wat wetenschappers op het gebied van hedendaags antisemitisme ‘Holocaust-inversie’ noemen. Het gaat verder dan de ontkenning of verdraaiing van de Holocaust, zoals de bewering van de Palestijnse leider Mahmoud Abbas dat slechts 600.000 Joden zijn omgekomen, of zijn recentere bewering dat de Palestijnen ‘vijftig holocausts’ hebben meegemaakt. Integendeel, het zet de Holocaust op zijn kop door Israël net zo slecht af te schilderen als de nazi’s, zo niet erger. En als dat het geval is, volgt hieruit dat de Joodse staat en het Joodse volk vandaag de dag het verdienen om uitgeroeid te worden.

Om deze groteske list volledig bloot te leggen, moeten we beginnen met deze eenvoudige historische feiten. Ten eerste was het Joodse volk inderdaad het slachtoffer van ‘s werelds wreedste campagne van geïndustrialiseerde slachtingen door de nazi’s en hun handlangers tijdens de Tweede Wereldoorlog. Er was nog niet eens een woord om de enorme omvang van de misdaden van de nazi’s adequaat te beschrijven, dus bedacht de Pools-Joodse advocaat Raphael Lemkin in 1944 de term ‘genocide’.

Na de Tweede Wereldoorlog heeft de internationale gemeenschap niet alleen de Verenigde Naties opgericht als bolwerk tegen dergelijke grootschalige bloedbaden in de toekomst, ze hebben ook een specifiek verdrag aangenomen om deze meest extreme misdaad van genocide te verbieden.

Het in 1948 aangenomen Verdrag inzake de voorkoming en bestraffing van genocide definieert genocide als het opzettelijk doden van een groot aantal mensen uit een bepaalde natie of etnische groep met als doel die natie of groep te vernietigen. Deze unieke gruwelijke misdaad moet niet alleen gepaard gaan met systemische massamoorden, maar vereist ook bewijs van een mens rea – een specifieke mentale schuld van ‘intentie’ om een ander volk of ras uit te roeien.

In de tijd sinds het verdrag van kracht werd, hebben er wereldwijd een aantal duidelijke genocides plaatsgevonden, zoals de massale slachting van Tutsi’s door de Hutu-stam in Rwanda, en de massamoord op niet-Arabieren door het Khartoum-regime in de regio Darfur in Soedan.

Vreemd genoeg heeft Zuid-Afrika na de apartheid nooit genoeg last gehad van deze genocidecampagnes om de daders voor het Internationaal Gerechtshof in Den Haag te berechten. In plaats daarvan hebben Zuid-Afrikaanse leiders zelfs de slagers van Soedan in Pretoria verwelkomd.

Dus waarom verzint Zuid-Afrika nu een aanklacht wegens genocide tegen Israël?

HET ANTWOORD BEGINT met de nauwe banden die het ANC en de PLO hebben gesmeed als radicale marxistische bevrijdingsbewegingen, gesteund door het Kremlin in de tijd van de Koude Oorlog. De Sovjets voorzagen hen van antiwesterse, antikolonialistische propaganda, die de staat Israël als een westers, kolonialistisch implantaat midden in de Arabische wereld beschouwde. Hoewel wijlen Nelson Mandela zelf het bestaansrecht van Israël aanvaardde, blijft het ANC vandaag de dag uiterst vijandig tegenover de Joodse staat. Zij hebben ertoe bijgedragen dat de Conferentie over racisme in Durban in 2001 een antisemitisch haatfeest werd, en zijn nu zelfs bereid om als juridisch adviseur voor Hamas op te treden voor het hoogste gerechtshof ter wereld.

Maar hun zaak is uiterst gebrekkig en werd donderdag slecht gepresenteerd tijdens de openingshoorzittingen bij het Internationaal Gerechtshof.

Om te beginnen bestaat er een bepaalde hiërarchie in het internationale strafrecht, die gaat van fundamentele oorlogsmisdaden tot misdaden tegen de menselijkheid die ‘het geweten van de wereld schokken’, tot aan de ultieme misdaad van genocide. Dus waarom meteen naar de hoogste misdaad springen die het moeilijkst te bewijzen is?

Welnu, het is zo dat oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid over het algemeen beide worden behandeld door het Internationaal Strafhof, eveneens gevestigd in Den Haag, en Israël is een van de vele landen die het oprichtingsverdrag van dat hof nog moeten ondertekenen – het Statuut van Rome. Niettemin dringen de Palestijnen bij het ICC serieus aan op een onderzoek naar oorlogsmisdaden tegen Israël, maar dat zal tijd vergen.

Ondertussen heeft Israël het Genocideverdrag ondertekend en aangezien het een internationaal verdrag is, kunnen alle geschillen die daaruit voortvloeien tussen VN-lidstaten ter berechting aan het Internationaal Gerechtshof worden voorgelegd. Dat is de reden waarom Zuid-Afrika regelrecht de strijd aanging met de hoogste misdaad van genocide, en daarom had Israël weinig andere keus dan de jurisdictie van de rechtbank te aanvaarden en zal het nu vrijdag verschijnen met een sterk juridisch team om zichzelf te verdedigen.

Ook al is het Internationale Gerechtshof meer een politiek orgaan dan een werkelijk onpartijdig gerechtshof, toch zou Israël een goede prestatie moeten leveren dankzij de slechte zaak van Zuid-Afrika en de kracht van zijn eigen zaak.

Zuid-Afrika beweerde dat Israël genocide pleegt in Gaza vanwege: 1) het hoge aantal burgerslachtoffers; 2) de grote schade die de IDF veroorzaakt; 3) het gebrek aan hulp aan burgers in Gaza; 4) de beperkingen op brandstof; en 5) de harde retoriek van Israëlische leiders tegen de Palestijnen.

Deze beschuldigingen kunnen allemaal gemakkelijk door Israël worden weerlegd, hoewel de vijandige opmerkingen tegen de Palestijnen enige finesse zullen vergen.

Wat echter echt opvalt, zijn alle enorm belangrijke feiten die het Zuid-Afrikaanse team niet heeft vermeld. Ze hebben bijvoorbeeld nooit één woord gezegd over de terroristische invasie van Hamas op 7 oktober, waarbij 1.200 Israëli’s omkwamen en de meeste onschuldige burgers op brute wijze werden vermoord in hun huizen of op een openluchtmuziekfestival. Ze hebben ook alle verkrachtingen, verminkingen en onthoofdingen door Hamas overgeslagen.

Ze lieten de ruim 240 gijzelaars die naar Gaza werden teruggevoerd buiten beschouwing, terwijl meer dan de helft bijna honderd dagen later nog steeds op wrede wijze werd vastgehouden onder barre omstandigheden. Ze maakten evenmin melding van hun gevangenneming in de honderden kilometers aan terreurtunnels die gebouwd waren met verspilde buitenlandse hulpgelden.

Ze negeerden de manier waarop Hamas opzettelijk burgers uit Gaza als menselijk schild gebruikt en wapens en raketwerpers in scholen, moskeeën en ziekenhuizen plaatst.

Ze zwegen over alle buitengewone maatregelen die de IDF heeft genomen om burgers in Gaza te beschermen, zoals de miljoenen telefoontjes en het laten vallen van pamfletten waarin hen werd gewaarschuwd het gebied te ontvluchten vanwege op handen zijnde militaire operaties.

Ze vergaten te praten over de honderden hulpvrachtwagens die wekelijks Gaza binnenkomen, en ook over de brandstof – ook al is het weigeren van brandstof aan een vijand geen oorlogsmisdaad.

Misschien wel het meest veelzeggend van alles was dat het Zuid-Afrikaanse team niet durfde te spreken over de eigen genocidale, jihadistische agenda van Hamas, die in zijn oprichtingshandvest openlijk wordt uiteengezet als een heilige islamitische plicht om de Joden uit te roeien, zowel in Israël als wereldwijd. Ze waren ook stom over hoe UNRWA en andere VN-agentschappen Hamas hebben geholpen bij het hersenspoelen van de hele bevolking van Gaza met deze genocidale agenda en doodscultusmentaliteit. Er is dus genoeg dat Israël kan invullen om de rechtbank een duidelijker beeld en een juiste context te geven voor de recente gebeurtenissen in Gaza. Toch zou het panel van rechters al tegen Israël kunnen optreden, en zouden we een soort nieuwe uitspraak kunnen zien die van Israël eist bepaalde acties stop te zetten die de druk op Hamas zouden verlichten. Maar als de rechtbank zijn werk goed doet, zal de beschamende juridische manoeuvre van Zuid-Afrika averechts werken, en zullen al deze eindeloze, omgekeerde beschuldigingen van genocide tegen Israël hopelijk wereldwijd hun kracht gaan verliezen.

Voor meer informatie over dit onderwerp kunt u het ICEJ-webinar over “The Genocide Petition Against Israel” bekijken, gepresenteerd door ICEJ Vice President & Senior Woordvoerder David Parsons, met speciale gast Andrew Tucker, internationaal advocaat en directeur van thinc. Kijk op: https://on.icej.org/The-Genocide-Petition-Against-Israel

Geschreven door David R. Parsons, advocaat, auteur, journalist, gewijd predikant en Midden-Oosten-specialist die fungeert als vice-president en senior woordvoerder van de ICEJ in Jeruzalem.