Ondanks het feit dat Israël sinds 7 oktober te maken heeft met een oorlog op meerdere fronten, verwelkomt het nog steeds een gestage stroom Joden van over de hele wereld terwijl ze blijven emigreren naar hun bijbelse thuisland. De International Christian Embassy Jerusalem maakt deel uit van deze opmerkelijke toestroom van Joden die Aliyah maken, aangezien we de afgelopen week vluchten hebben gesponsord voor meer dan 80 Joden die naar huis kwamen uit Ethiopië, Frankrijk en Zuid-Afrika.

Het proces van hervestiging in Israël is in normale tijden al vol uitdagingen, maar nog meer in tijden van oorlog. De rol van absorptiecentra voor nieuwe immigranten, gerund door het Joods Agentschap voor Israël, is dus op dit moment nog belangrijker dan normaal.

Onlangs bezocht een ICEJ-delegatie nieuwe immigranten die we helpen sponsoren in het Yeelim-absorptiecentrum in BeerSheva, dat tot 500 olim (“nieuwkomers”) tegelijk kan huisvesten. Yeelim biedt meer dan een plek om te verblijven, het biedt een toevluchtsoord voor de storm die niet ver weg in Gaza woedt. Hier zet het personeel zich in om nieuw aangekomen Joodse gezinnen te helpen een naadloze overgang naar het Israëlische leven te maken.

Via een uitgebreid eenjarig programma zijn deze immigranten uitgerust met de tools die nodig zijn voor succes: hulp bij het vinden van een baan, hercertificerings mogelijkheden en Hebreeuws taalonderwijs. Voor veel immigranten, waaronder een aanzienlijk aantal bekwame artsen, zijn deze initiatieven levensaders, die hun weg effenen in het weefsel van de Israëlische samenleving.

Te midden van het huidige conflict, met veel IDF-reservisten die zijn opgeroepen voor actieve dienst, worstelt Israël met een schaarste aan geschoolde arbeidskrachten, met name op het gebied van geneeskunde en hightech. De ICEJ erkende deze dringende behoefte en kwam tussenbeide om gespecialiseerde programma’s voor nieuwe immigranten te sponsoren die waren afgestemd op de kritieke tekorten aan arbeidskrachten op deze gebieden.

De reis van Dmitri Rubanov belichaamt deze convergentie van vaardigheden en kansen. Nadat hij twee jaar geleden met zijn gezin uit Wit-Rusland was geëmigreerd, greep Dmitri, een arts, de kans om zich op het gebied van hightech te begeven. Zijn beslissing om in Israël te blijven te midden van onrust onderstreept niet alleen zijn veerkracht, maar ook de diepe solidariteit en eenheid die de Israëlische samenleving kenmerken. “De mensen hier staan samen, ze helpen elkaar. Het is een eenheid die ik nog nooit eerder heb gezien of ervaren”, legt Dmitri uit.

Alin Abouharon, directeur van het Yeelim-absorptiecentrum, legde uit: “Wanneer nieuwe immigranten worden ondervraagd over hun motivaties om Aliyah te maken, is het overheersende antwoord: ‘We willen een betere toekomst voor onze kinderen.'”
Programma’s als deze zijn niet alleen van belang voor individuen, maar ook voor de natie als geheel. Ze spelen een cruciale rol bij het versterken van de fundamentele pijlers van dit land ten behoeve van toekomstige generaties.

Ons bezoek culmineerde in het uitdelen van speciale “Welcome Home” cadeauzakjes aan de nieuwkomers. Deze doordachte pakketten bevatten een scala aan zoete lekkernijen, variërend van jam en dadelhoning tot wijn en olijfolie. Deze geschenkzakjes maakten met name deel uit van een genereuze donatie van 120 pakketten door een christelijke zakenman uit Singapore.

“We willen u bedanken voor uw steun die ons zal helpen bij onze integratie hier in Israël”, reageerde Andrei Ulitin, een recente immigrant uit Rusland. Andrei’s oprechte dankbaarheid weerspiegelde de gevoelens van talloze andere immigranten, en erkende de onmisbare rol van christelijke steun bij het vergemakkelijken van hun integratie in het Beloofde Land.
Inderdaad, de daad van Aliyah het gaat niet alleen om een vliegreis of een geografische verhuizing. Het gaat om iets veel diepers: Joodse families die stevig worden teruggeplant in hun voorouderlijk thuisland. Precies zoals de Heer beloofde: “Ik zal mij verheugen in het doen van goed en ik zal hen stellig met heel mijn hart en ziel in dit land planten.” (Jeremia 32:41 NBV)

Geschreven door Marelinke van der Riet, ICEJ staf